Veilig rijden I

Veilig rijden is essentieel voor iedereen op de weg. Als leaserijder wil je niet alleen jezelf, maar ook je passagiers en medeweggebruikers beschermen. In deze artikelen delen we handige tips en trucs om je rijvaardigheid te verbeteren en veiliger te rijden. We bespreken diverse situaties waarmee je dagelijks te maken kunt krijgen. Of je nu invoegt, inhaalt of parkeert, met deze adviezen ben je goed voorbereid op elke situatie op de weg. Veiligheid begint bij jou. Lees verder en ontdek hoe je met vertrouwen en controle kunt rijden.

Zo wissel je veilig van rijbaan

Invoegen: Versnel om dezelfde snelheid als het verkeer op de hoofdrijbaan te bereiken. Kijk goed in je spiegels en over je schouder voordat je invoegt. Gebruik altijd je richtingaanwijzer.
Inhalen: Kijk eerst of het veilig is. Zet je richtingaanwijzer aan, kijk in je spiegels en over je schouder. Haal snel en vloeiend in. Keer terug naar je rijbaan wanneer je de ingehaalde auto volledig in je binnenspiegel ziet.
Voorsorteren: Begin op tijd met voorsorteren. Gebruik je richtingaanwijzers en kijk goed om je heen. Houd rekening met andere weggebruikers en verander vloeiend van rijbaan.

Ga je een vrachtwagen inhalen? Let dan extra op:

Bijzondere Verkeersborden

^{Van links naar rechts}

Einde of versmalling van de vluchtstrook: Dit bord zie je vaak bij (korte) invoegstroken voor een brug of viaduct. Kijk ver vooruit en voeg op tijd in; er is namelijk geen vluchtstrook om door te rijden als je te laat invoegt.
Bord Uitgang: Dit bord geeft de richting van de afrit aan. Gebruik je richtingaanwijzer om aan te geven dat je de snelweg verlaat en schakel deze uit aan het einde van de afrit.
Chevronbord: Dit bord geeft een splitsing van een snelweg aan. Pas je snelheid aan op het overige verkeer en voeg in via de blokmarkering.

Zo hou je voldoende afstand tot andere auto’s

De afstand tussen jouw voertuig en een andere auto noemen we het ‘ruimtekussen’. Dit moet zowel voor, achter als naast je auto voldoende zijn. Het ruimtekussen geeft je meer tijd om te reageren. Hierdoor komt het minder snel voor dat je ineens moet uitwijken.

In de rechterrijstrook: Rijd helemaal rechts om een ruimtekussen te creëren met inhalende of tegemoetkomende auto's.
In de linkerrijstrook: Rijd helemaal links om een ruimtekussen te creëren met het in te halen voertuig en voor beter zicht langs voorliggende voertuigen.
Op de invoegstrook: Rijd helemaal rechts om een ruimtekussen te creëren met de auto's op de hoofdrijbaan.
Op de uitvoegstrook: Rijd helemaal links of rechts om een ruimtekussen te creëren met de auto's op de hoofdrijbaan. Verminder vaart tijdig.

Hou een minimale stopafstand van ruim twee seconden aan. Hoe doe je dit? Fixeer je op een vast punt langs de weg en start met tellen zodra je voorligger dat punt passeert. Als je na twee tellen hetzelfde punt passeert, heb je voldoende stopafstand.

Zo rijd je veilig uit de berm

Van de weg raken en in de berm komen kan paniek veroorzaken. De grootste fout die je kunt maken, is direct weer de weg op sturen.

Blijf kalm: In de berm heeft de rechtervoorband geen grip en slipt, waardoor je snel te veel stuurt.
Obstakels vermijden: Als er een obstakel is, laat dan het gas los en wijk uit. Is er geen obstakel, blijf dan in de berm.
Remmen met ABS: Je kunt gerust remmen in de berm met ABS; houd het stuur goed vast en recht.
Motorremmen: Rem zo veel mogelijk af op de motor door het gas los te laten zonder de koppeling in te trappen.

Stuur rechtuit terug de weg op en kijk zo ver mogelijk vooruit om beter te sturen en grip te behouden.

Zo heb je optimaal zicht met je spiegels

Een juiste afstelling van je spiegels is nodig voor goed zicht rond de auto. Dit zorgt voor veiliger invoegen en voorkomt dode hoeken.

Binnenspiegel: Stel deze zo af dat beide C-stijlen zichtbaar zijn, met meer plafond dan hoedenplank. Neem een punt in de uiterste linkerhoek en zorg dat dit terugkomt in de uiterste rechterhoek van de linkerbuitenspiegel.
Linkerbuitenspiegel: Stel deze zo af dat er minimale overlap is met de binnenspiegel. De eigen auto is niet zichtbaar in de buitenspiegel, maar wel in de binnenspiegel, wat helpt bij afstand inschatten.

Wanneer een auto de linkerbuitenspiegel verlaat, moet deze direct (deels) zichtbaar zijn vanuit je ooghoek, waardoor je geen dode hoek hebt en niet over je schouder hoeft te kijken. Zo heb je je spiegels veilig afgesteld!